Le Queyras, een verborgen paradijs

Fluo en flitsend. Zo lijken wintervakanties te moeten zijn. In Le Queyras, een stukje Frankrijk dat tegen Italië aanleunt, weten ze wel beter. In dit immense natuurpark is er tijd en ruimte zat om, zonder veel pottenkijkers, ten volle van de natuur te genieten. Welkom in een ongeschonden winterparadijs.

Fotografie: Stefanie Faveere

Ik durf er een mooi ding op te verwedden dat u nog nooit van Le Queyras heeft gehoord. Dat is geen toeval. Deze Hautes Alpes-regio, zowat halverwege tussen Grenoble en Marseille gesitueerd, hult zich graag in stilte en heeft geen nood aan massatoerisme. Hier gaat het leven al eeuwenlang zijn zelfde trage gangetje. Toeristen zijn welkom, maar slechts bij mondjesmaat en aan grote campagnes om ze te lokken, wordt geen geld verkwist. De bewoners van Le Queyras zijn gezegend met een nuchter hoofd, het resultaat van eeuwenlange zelfredzaamheid. Ze mikken bescheiden op mond-tot-mondreclame en gaan er, met recht en rede, van uit dat al wie er ooit belandt, blijft komen en zelfs vrienden zal meebrengen. ‘Un secret à partager’ dus, niet voor niets de slogan van deze bijzondere regio. Het gebied, ondertussen al 30 jaar erkend als ‘parc naturel régional’, lijkt wel een eenzaam eilandje in dat grote Frankrijk. Eenzaam en bijzonder afgelegen, zo bedenken we tijdens de lange busrit die ons van het vliegveld van Marseille naar de bergen brengt. Zo gaat dat immers met ongeschonden paradijzen, je moet er een beetje moeite voor doen. Niets voor niets. Dus slingeren we gezwind van de ene bergvallei naar de andere, ons vergapend aan de heerlijke en veelbelovende leegte die ons omringt. Traag toerisme op zijn best.

Dicht bij de natuur

Wie ’s winters met veel vertoon en onder luid gejuich een nieuw snelheidsrecord wilt vestigen, is hier niet aan het goede adres. Le Queyras meet zich een gezapiger ritme aan en kijkt zijn grotere, drukkere en populaire skistationcollega’s hoofdschuddend na. Skiën kun je hier, bij de vleet zelfs, maar langlaufen of uitstapjes op sneeuwraketten zijn net zo belangrijk. In dit uitgestrekte groengebied primeert de natuur en elk ontdekt die op zijn manier en tempo. Wij doen het met sneeuwraketten, al was het maar om die dingen voor eens en altijd van hun belegen imago af te helpen. We starten op een flinke 2.200 meter en bekruipen de immense witte berg die zich voor ons uitstrekt als een sluipende slang. Geduldig, maar vastberaden en zonder de natuur te verstoren. Rondom ons alleen maar verse sneeuw, eindeloze bergpanorama’s en een natuurpracht die niet ontsierd wordt door platgeskiede pistes, bengelende skiliften en hun veelkleurige bezoekers. Het echte bergleven, quoi ,of Remi, helemaal alleen op de wereld.

Volg de berggeit

Gids van dienst Nicolas stuwt ons de berg op en urenlang hoor ik alleen maar krakende sneeuw, het zou een zenoefening kunnen zijn. Nu en dan houden we even stil en wijst onze berggids ons op sporen van wolven, konijnen en hazen en even zien we zelfs een gems opduiken. Collega-toeristen spotten we niet, drie uur lang bespeuren we zelfs geen mens en dat terwijl we kilometers ver kunnen zien. Na een kopje verse thee, attent meegebracht door Nicolas in een thermos, en lang voor we de top bereiken of zelfs maar naderen, is het tijd om op onze passen terug te keren. En dat moet ‘active et dynamique’, naar beneden huppelen in de meterhoge zachte poedersneeuw dus. Een openbaring, compleet met pijnloze, maar spectaculaire valpartijen. Bestond er een sportclub die zich hierin specialiseerde, ik schreef me meteen in.

Gids, skileraar en … geitenboer

’s Anderdaags is het tijd om te skiën en terwijl ik al sukkelend naar de piste waggel, beklaag ik me dat eventjes in stilte. Ondanks vele pogingen is mijn skicarrière nooit echt op kruissnelheid gekomen en ik heb nu al medelijden met de leraar die met mij aan de slag moet. Maar die enthousiaste privéleraar, ’s winters skiprof, ’s zomers geitenboer, maakt veel, zo niet alles, goed en terwijl we door de zachte sneeuw zoeven, verdwijnt mijn skistress geruisloos. We passeren enkele skiënde kennissen (‘had jij gisteren een vos in de stal?’ ‘alles oké met de koeien?’) en houden halt op betoverende panoramaplekken waar we, gek genoeg, telkens in ons eentje staan te blinken. ‘Dat is precies de charme van Le Queyras. Hier hoef je niet aan te schuiven om die ene foto te nemen, hier geniet je solo en blijf je zo lang je zelf wilt.’

Sologeluk

Geen skiënde wegpiraten die aan een rotvaart voorbij denderen of kabelliften die elk panorama verknoeien, alleen eindeloze witte bergen, helblauwe lucht en een felle zon. Blanco bergen en alle tijd van de wereld. Tijd genoeg zelfs om me te wijzen op die ene haas die voor ons uit holt en trots zijn boerderij te tonen, daar aan de derde berg links. Luxe die niet alleen verslavend blijkt, maar ook verhelderend werkt. Gezeten op het ene no-nonsense en verrassend budgetvriendelijke terras middenin dat berggeweld, besef ik plots dat ik écht graag ski. Ik moest alleen nog Le Queyras ontdekken. Mijn groot inzicht wordt meteen afgebroken, de skileraar/geitenboer, wijst zuchtend naar de lucht. ‘Des nuages’. Ik tuur de horizon af en spot in de verte een zweempje wolkenwit in een zee van blauw. Zeggen dat ze in Le Queyras verwend zijn, is een understatement. De statistieken leren dat de zon hier 300 dagen op een jaar schijnt.

Made in France

En toch kan het leven hier hard zijn. De lage immigratiecijfers bewijzen fijntjes dat alleen wie in Le Queyras geboren is, die immense leegte langer dan een vakantie kan verdragen. Alsof de eenzaamheid in je genen moet zitten. Om die geïsoleerde winters wat draaglijker te maken, zette een pastoor in het gezegende 1920 zijn onderdanen aan het werk. Van toerisme was er toen nog geen sprake, dus hadden de boeren ’s winters zes maanden niets om handen behalve wachten op de eerste dooi. Gevangenen in hun eigen vallei. Even binnenspringen bij de buren aan de andere kant van de berg was uitgesloten. Daarom zouden ze voortaan houten speelgoed maken. De mannen sloegen aan het figuurzagen, de vrouwen beschilderden elk kunstwerkje met de nodige precisie. Van poppenbedden over inlegpuzzels tot een complete ark van Noah, goed voor wel honderd dieren. Meer dan vijftig families waren zo decennialang ’s winters aan de slag en hun handgemaakte marchandise werd per post verkocht. Bezigheidstherapie die wat opbracht en de winter hielp verjagen. En ’s zomers werd er opnieuw geboerd. Vandaag zijn de houtbewerkende gezinnen enigszins uitgedund, niemand is veilig voor de Chinese concurrentie, maar houten speelgoed en hebbedingen worden hier nog steeds met de nodige trots gefabriceerd en handgeschilderd. Net als in de tijd van toen.

Hét mooiste dorp van Frankrijk

In Saint-Véran, zowat de officieuze hoofdstad van de regio en een van de mooiste dorpen van Frankrijk, zijn er van al die huishoudelijke ambachtsijver nog heel wat sporen te vinden. De houten chalets die de ene kronkelende hoofdstraat sieren, zijn bijvoorbeeld stuk voor stuk voorzien van een zonnewijzer. Een traditie die terug gaat tot 1700. Geen standaardexemplaren, wel authentieke kunstwerken die het leven van de bewoners weten samen te vatten. Ook het 17de-eeuwse kerkje, uitgerust met houten banken zo smal dat alleen diepgelovigen het langer dan een kwartier uithouden, pronkt met de ambachtskunsten van zijn gelovigen. De kerststal werd eigenhandig opgetrokken door de dorpelingen. Joseph bekommerde zich over Jozef, de schapenherder creëerde de houten kudde en de man van Maria, kapte Maria. Het klinkt bijna te mooi om waar te zijn en wanneer de Joseph in kwestie, een zilverharige dorpswijze in overall, ons wat later op een génépi trakteert, klopt het plaatje helemaal. In Le Queyras verzamel je authentieke verhalen.

Interessante cijfers en letters

Le Queyras is precies 550km² groot en telt 2.400 inwoners, verspreid over 8 dorpen of 6 skistations. Het gebied strekt zich uit van 1.200 tot 3.375 meter.

Logeren

Geen plek geschikter om als uitvalsbasis te dienen dan Les Chalets du Queyras. Zes robuuste, oergezellige luxechalets met hotelservice en bovendien voorzien van een buitenjacuzzi die zelfs bij -14° deugd doet. www.leschaletsduqueyras.com

Meer weten?

Office du Tourisme du Queyras, Maison du Queyras, 05470 Aiguilles, +33(0)4/92.46.76.18, www.queyras-montagne.com

Parc naturel regional du Queyras, Maison du Parc, 05350 Arvieux, +33(0)4/92.46.88.20, www.pnr-queyras.fr

Verschenen in Nest

- overzicht -
Facebook Twitter Google+ Pinterest LinkedIn